Oh wat een flut land. Dat moet Pascal Arbez toch hebben gedacht. Na technische problemen op Lowlands waardoor hij een kwartier lang voor joker op het podium stond was ditmaal wat bekend staat als het linkerscherm niet functioneel. Een uur lang, niet functioneel. Terwijl Arbez en zijn crew de oplossing proberen te vinden verstrijkt de tijd langzaam maar gestaag. Ondanks dat er redelijk goed gedraaid wordt (een uitgaansavond had makkelijk kunnen plaatsvinden met allerlei electro stuff en remixes van mainstream artiesten als Kanye West en Katy Perry) wil iedereen toch waarvoor het gekomen is, namelijk de set van Vitalic. Op het kaartje staat 23:00, op het papiertje aan de deur staat 23:15, de realiteit is 00:15. Oh ja. Nu was een laatste reguliere trein sowieso een grote gok geweest, nu had je niet eens ook maar iets van de set kunnen zien. Jammer voor de mensen die de trein van 00:26 hadden moeten hebben. Het is een reden voor een landelijk nachtnet, het stimuleert de “goede” uitgaanscultuur, als in bandjes en dansen in plaats van een saaie kroeg waar toch het enige wat je kan doen ter opleving drinken en roken is.
Na ruim een uur te hebben gewacht begint het scherm te functioneren en komt Pascal Arbez, aka Vitalic, het podium op. Zijn eerste album wordt gezien als een landmark in elektronische muziek met nummers als ‘Poney Pt. 1’ en ‘My Friend Dario’. Flashmob volgde dit jaar dat album op en werd wederom lovend ontvangen. Dus het is geen wonder dat Vitalic op een goed gevulde Melkweg mag rekenen. En terecht, op basis van de albums. De vraag is natuurlijk weet hij dit ook om te zetten in een live environment. Om dit uit te vinden is een hele variatie aan culturen samen gekomen. Van jonge hipster homo’s tot restanten van de jaren 90 acid house scene, van artier-than-thou AustraliĆ«rs tot bierbuikige oerhollanders: van alles staat een uur lang te wachten in de zaal tot de eerste klanken van de tussen twee gigantische schermen staande Arbez.
Wanneer deze klanken komen blijkt dat Arbez niet alleen op album een meester is in mensen in zijn wereldje zuigen, maar ook live. Het is intrigerend, en veel is te danken aan de opbouw in de nummers, die allen uiteraard verlengd worden al dan niet binnen de muziek zelve. Af en toe maakt Arbez uitstapjes (Galvanize! Dup-dup-duh-doem of-hoe-het-ook-gaat), maar komt dan toch weer terug bij het nummer van zichzelf waarmee hij startte. Zo wordt het publiek dat met het hoofd aan het knikken is op het eerste deel plots ingefluisterd door de muziek dat er een opbouw bezig is. Velen handen gaan omhoog in afwachting van de climax, en Arbez is een geduldig man. Dus je wordt steeds meer bevangen door anticipatie en enthousiasme, en daarna komt de beukende en stompende electro waardoor iedereen ontploft. Telkens weer slaagt Vitalic erin deze elementen op de juiste momenten in te zetten. Louter op ‘My Friend Dario’ lijkt de climax minder te werken, misschien haast wel omdat op album dit al zo goed werkt dat als je het live anders wilt doen het wat minder loopt. De rest van de set is echter een schoolvoorbeeld van hoe dit te doen. En dat velen mogen leren.
Dat het moeilijk is jezelf in te houden bij een zodanige structuur wordt meermalen bewezen. En dan vooral door mensen die te pas en te onpas het podium opklimmen. De bouncers reageren steevast te laat, en als ze komen worden ze door Vitalic gemaand niet in te grijpen. Zo geeft Arbez een lesje in hoe te draaien aan iemand, en wordt er lustig handen geschud. Op het laatst, tijdens s’ werelds kortste encore, staat het podium vol dansende mensen, en als het is afgelopen schudt Arbez iedereen het handje na het gehele publiek een saluut te hebben gegeven. Dit saluut is het antwoord op een oorverdovend applaus, en een terecht applaus at that. Meeslepend en intrigerend: Vitalic trekt je zijn wereld in. Een wereld waar je niets anders kan doen dan bewegen op de noten die Vitalic speelt. Ook live weet de man topkwaliteit te leveren.
Na ruim een uur te hebben gewacht begint het scherm te functioneren en komt Pascal Arbez, aka Vitalic, het podium op. Zijn eerste album wordt gezien als een landmark in elektronische muziek met nummers als ‘Poney Pt. 1’ en ‘My Friend Dario’. Flashmob volgde dit jaar dat album op en werd wederom lovend ontvangen. Dus het is geen wonder dat Vitalic op een goed gevulde Melkweg mag rekenen. En terecht, op basis van de albums. De vraag is natuurlijk weet hij dit ook om te zetten in een live environment. Om dit uit te vinden is een hele variatie aan culturen samen gekomen. Van jonge hipster homo’s tot restanten van de jaren 90 acid house scene, van artier-than-thou AustraliĆ«rs tot bierbuikige oerhollanders: van alles staat een uur lang te wachten in de zaal tot de eerste klanken van de tussen twee gigantische schermen staande Arbez.
Wanneer deze klanken komen blijkt dat Arbez niet alleen op album een meester is in mensen in zijn wereldje zuigen, maar ook live. Het is intrigerend, en veel is te danken aan de opbouw in de nummers, die allen uiteraard verlengd worden al dan niet binnen de muziek zelve. Af en toe maakt Arbez uitstapjes (Galvanize! Dup-dup-duh-doem of-hoe-het-ook-gaat), maar komt dan toch weer terug bij het nummer van zichzelf waarmee hij startte. Zo wordt het publiek dat met het hoofd aan het knikken is op het eerste deel plots ingefluisterd door de muziek dat er een opbouw bezig is. Velen handen gaan omhoog in afwachting van de climax, en Arbez is een geduldig man. Dus je wordt steeds meer bevangen door anticipatie en enthousiasme, en daarna komt de beukende en stompende electro waardoor iedereen ontploft. Telkens weer slaagt Vitalic erin deze elementen op de juiste momenten in te zetten. Louter op ‘My Friend Dario’ lijkt de climax minder te werken, misschien haast wel omdat op album dit al zo goed werkt dat als je het live anders wilt doen het wat minder loopt. De rest van de set is echter een schoolvoorbeeld van hoe dit te doen. En dat velen mogen leren.
Dat het moeilijk is jezelf in te houden bij een zodanige structuur wordt meermalen bewezen. En dan vooral door mensen die te pas en te onpas het podium opklimmen. De bouncers reageren steevast te laat, en als ze komen worden ze door Vitalic gemaand niet in te grijpen. Zo geeft Arbez een lesje in hoe te draaien aan iemand, en wordt er lustig handen geschud. Op het laatst, tijdens s’ werelds kortste encore, staat het podium vol dansende mensen, en als het is afgelopen schudt Arbez iedereen het handje na het gehele publiek een saluut te hebben gegeven. Dit saluut is het antwoord op een oorverdovend applaus, en een terecht applaus at that. Meeslepend en intrigerend: Vitalic trekt je zijn wereld in. Een wereld waar je niets anders kan doen dan bewegen op de noten die Vitalic speelt. Ook live weet de man topkwaliteit te leveren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten