maandag 12 oktober 2009

19. You’re only 19 for God’s sake - Zola Jesus album review

album recensie - The Spoils van Zola Jesus

Soms heb je van die momenten dat je jezelf opeens afvraagt wat je nou eigenlijk allemaal hebt bereikt in je leven. Het zien van het curriculum vitae van Zola Jesus, bij familie waarschijnlijk beter bekend als de nog-net-negentien-jarige Nika Danilova, is één van die momenten. Eerder dit jaar bracht ze haar eerste album The Spoils uit, dit na het uitbrengen van enkele EPs in het jaar daarvoor. Nu is dat al een hele prestatie op zich voor een negentienjarige, ware het niet dat ze zich daarvoor al tien jaar bezig heeft gehouden met het zingen en studeren van opera (ze werkt inmiddels ook aan haar eigen opera). Op haar zeventiende besloot ze een break te nemen van het zingen, waarna ze in een depressie raakte waar ze dankzij Zola Jesus weer uitkwam. Deze hele verhaling is op zich al een stuk indrukwekkender dan mijn enige noemenswaardige prestatie in het uitlopen van de 4Daagse, iets wat jaarlijks toch zo’n 35.000 mensen doen, en dan heb ik nog niet eens genoemd dat ze dit allemaal heeft gedaan naast het gewoon volgen van high school en de twee baantjes die ze nodig had om haar opnameprocessen te bekostigen. Oh, en heb ik Former Ghosts, het project waar onder andere ook Jamie Stewart van Xiu Xiu aan meewerkt, al genoemd waarmee ze deze maand het album Fleurs zal uitbrengen?

Wie biedt meer zou ik willen zeggen. Misschien moet ik nu ook wel even noemen dat Nika het voorlopig wel eventjes wat rustiger aan gaat doen en niet mee op tour gaat met Former Ghosts omdat ze naast haar twee bands toch ook tijd aan haar studie wil besteden, want ja, studeren doet ze ook nog gewoon. Maar alle extracurriculaire activiteiten daargelaten, deze review behoort over het album te gaan dat Zola Jesus eerder dit jaar -- in augustus voor degenen die behoefte hebben aan een betere omschrijving -- uitbracht. The Spoils nam Nika in haar eentje op met behulp van een keyboard, drummachine en andere, verschillende gebruiksvoorwerpen (live wordt ze bijgestaan door een band die nog wat synths, een bas, en een echt drumstel toevoegt). Het zal dus niet verbazen dat het geheel nogal lo-fi aandoet. Vervelend is dit echter niet, vooral niet omdat deze noisy achtergrond goed met haar door het opera zingen getrainde stem contrasteert. Die stem maakt ook meteen dat het geheel niet te vergelijken is met andere bands uit het noise-genre zoals No Age of Times New Viking: de vocalen maken daar deel uit van de noise, terwijl Zola Jesus juist voor echte zang kiest. Nu zijn No Age en Times New Viking wellicht ook niet de juiste voorbeelden om Zola Jesus mee te vergelijken, want de omschrijving ‘noise’ is de enige gemene deler van de drie acts.

De nummers op The Spoils zijn nummers waarin vooral een sfeer wordt neergezet, eentje die niet zou misstaan in een spookhuis. Vandaar dat haar muziek ook wel omschreven wordt als lo-fi goth, wat ook weer terug te zien valt in songtitels als ‘Devil Take You’. De lyrics van de nummers zijn echter niet zo duidelijk als de sfeer die wordt neergezet, vooral door overmatig gebruik van echo’s. En ja, dat draagt zeker bij aan de algehele feeling van het album, maar van iemand met een stem waarvan je niet zou geloven dat ze pas over twee jaar legaal mag drinken zou je ook wel eens willen horen wat ze nu precies allemaal uitkraamt. Een goed voorbeeld daarvan is het nummer ‘Clay Bodies’ waar ik in ieder geval qua tekst geen touw aan vast kan knopen. En toch weet het nummer je aandacht vast te houden, en dan niet alleen in een uiterste poging om de tekst toch te ontrafelen. Met een drummachine op de achtergrond en een zichzelf steeds herhalend pianolijntje als begeleiding maakt Zola Jesus het met eigenlijk alleen haar stem tot een melodisch en bijna hypnotiserend nummer. Die hypnotiserende kwaliteiten komen in verschillende nummers terug zoals ook op ‘Tell It To The Willow’ waarin nu eens de drumcomputer op de voorgrond staat en de vocalen de achtergrond vormen. Een uitzondering op de onverstaanbare lyrics is albumafsluiter ‘Odessa’ waarin de herhalende zin “Don’t wake the baby,” de hele tekst van het nummer lijkt te vormen.

Ondanks het gebruik van de vele herhalingen blijft het album over het geheel wel interessant. Waarschijnlijk zelfs juist dóór die herhalingen die een hypnotiserend effect hebben dat je helemaal meesleept door het album. Ook ondanks het gebruik van slechts drie instrumenten (vocalen als deze kunnen wat mij betreft ook tot het instrumentarium gerekend worden) weet Zola Jesus de aandacht twaalf nummers lang vast te houden. Door te spelen met contrasten en af en toe zelfs de drummachine voorop te laten staan in een nummer zorgt ze voor genoeg afwisseling en een goede verhouding tussen de nummers waardoor het album echt als een samenhangend geheel te beluisteren is. Alleen blijf je jezelf wel afvragen waar het hele album nu eigenlijk over gaat.

Geen opmerkingen: