Alan Palomo is het brein achter Neon Indian, de band die onlangs ook in Europa het debuutalbum Psychic Chasms uitbracht. Linda praatte met Alan over het volgende album van Neon Indian, zijn andere band VEGA, en over zijn ontmoeting met Jim Jarmusch en aangezien worden voor Andrew VanWyngarden.
IKRS: Je album Psychic Chasms is onlangs uitgebracht in Europa met daarop het nummer ‘Sleep Paralysist’, dat niet op het origineel stond. Vanwaar het verschil tussen beide releases?
Alan: Nou, het nummer was eigenlijk een collaboratie tussen Chris Taylor van Grizzly Bear en mijzelf. Zij maakten het voor ons mogelijk om de kans te krijgen om samen te werken. Ik had al een demo van het nummer dat ik op het album had kunnen zetten. Maar, just for the sake of it, laten we kijken wat er gebeurt als je Chris en mij in een kamer zet met opnameapparatuur. We hebben ‘Sleep Paralysist’ opgenomen in een kerk waar Grizzly Bear veel oefent en waar Chris Taylor veel van zijn nummers opneemt, dus dat was wel interessant. De ethereal reverbs in het nummer komen dan ook door de omgeving waar het is opgenomen.
IKRS: Is dat dezelfde kerk als die ze gebruikten in hun clip voor het nummer ‘Two Weeks’?
Alan: Dat is toevallig een andere kerk. Maar het is grappig want dat was eigenlijk ook het eerste wat ik hen vroeg toen we daar kwamen: “Is dit nou…?” “Nee”. Misschien was het ‘m wel maar wilden ze het niet zeggen. Maar het was een beetje spookachtig, zeer gepast voor dit soort opnames.
IKRS: Eerder dit jaar tijdens een live optreden beloofde je dat je rond deze tijd bezig zou zijn met het opnemen van een VEGA album, maar nu ben je toch weer door Europa aan het touren.
Alan: We krijgen eigenlijk gewoon de hele tijd aanbiedingen. Het is de manier waarop het VEGA album is opgezet, ik zou ook niet kunnen zeggen op het moment wie de producers zijn. We moeten gewoon de tijd vinden om eraan te werken.
Nu November eraan komt en als het touren eindelijk stopt – want we zijn sinds september bezig geweest met touren en ik denk dat de hele band een beetje slapeloos en in delirium zit door het reizen en de tijdszones – dan gaan we een winterslaap houden. Ik ga dan naar Helsinki toe om het Neon Indian album op te nemen, dus ik ben me nu daarop aan het voorbereiden.
Als die periode is aangebroken dan ga ik me toespitsen op die twee albums en dan probeer ik ze allebei in zes maanden uit te brengen. Een beetje ambitieus, dat weet ik. Maar ik hou ervan om te denken dat de wereld stopt in 2012, en dat ik dus nog ongeveer een jaar heb om twee albums uit te brengen, die ik dan kwalitatief zo goed mogelijk wil hebben. Het is leuk om daaruit motivatie te halen, die fictieve Apocalyps.
IKRS: Met twee bands om voor te schrijven, hoe werkt dat schrijfproces? Weet je van tevoren al voor welke band het nummer is als je eraan begint?
Alan: Ik denk dat ik ondertussen al iets beter ben geworden in het gescheiden houden van die twee kanten van mijn brein. Ik denk dat ik qua muziek wat schizofrene impulsen heb. Het kan makkelijk dat ik iets aan het schrijven ben wat totaal niet hetzelfde klinkt als waar ik de dag ervoor mee bezig was. Dat zorgt er wel voor dat het niet saai wordt, voor mezelf ook.
Als ik aan een nummer werk voor VEGA dan weet ik meestal precies hoe het nummer eruit gaat zien van tevoren. Ik heb dan een zeer specifiek idee of een zeer specifieke esthetiek voor ogen die ik dan eruit probeer te halen. Bij Neon Indian is het punt nou juist om dit alles niet te weten, daar gaat het erom dat ik gewoon ga zitten met een nieuw elektronisch apparaatje en dan daar een nummer probeer uit te krijgen. Ik heb nooit een echte muzikale training gehad. Wat ironisch is, gezien zowel mijn vader als broer muzikanten zijn en er ook een soort druk is om het creatieve proces zeer technisch te benaderen. Ik denk echter dat de charme van Neon Indian juist in het intuïtieve zit.
IKRS: Met zo’n muzikale familie, ooit het idee gehad om iets samen te doen?
Alan: Nou eigenlijk, mijn vader stelde dat vaak voor toen mijn broer en ik jong waren. Maar het klonk altijd erg cheesy, alsof we de Partridge Family waren. Nu zou ik er wel meer interesse in hebben, maar we hebben allen een zeer verschillende kijk op muziek. Mijn broer is een zeer technische muzikant. Ik weet wel dat mijn vader en broer wel het idee hadden dat ze iets wilden doen voor het VEGA album, wat ik alleen maar aanmoedig. Hopelijk komen ze met een paar leuke demo’s aanzetten waarmee ik aan de slag kan.
IKRS: Je hebt het afgelopen jaar veel opgetreden. Wat prefereer je, festivals of club concerten?
Alan: Ik denk dat beiden hun eigen charme hebben. Het punt van spelen in een kleine zaal is dat het dan leuker is om lekker rond te hangen na de show. Dat voelt natuurlijker dan op een festival, waar je toch meer een hyped up show speelt. Alle formaliteiten daar maken het zo surrealistisch en het is gemakkelijk je daarin te verliezen. Een voorbeeld, bij een festival heb je een speciale wachtruimte om in te zitten voordat je opmoet, terwijl bij een concert de bar de wachtruimte is. Ik denk dat het leuker is om daar rond te hangen.
IKRS: Is er een verschil tussen touren in Europa en Amerika?
Alan: Ja, dat gevoel heb ik wel. Ik denk dat we een grotere achterban hebben in Amerika, wat logisch is, want daar is het album al langer uit. Het album zwierf rond op het internet, en ik wilde dat mensen het echte ding in handen konden hebben. Totdat ik het in mijn handen heb of totdat ik een band live heb gezien heb is de band eigenlijk alleen maar een abstract idee dat je in je hoofd hebt gefabriceerd. Veel van het echte “judgement process” gebeurt toch in de fysieke wereld in plaats van op MySpace of blogs.
In de VS spelen we een co-headline tour met Prefuse 73, terwijl we hier eigenlijk spelen om het publiek kennis met ons te laten maken. Maar ik hou wel van die variëteit. Het is een zeer frisse, interessante start om hier op ons eigen DIY manier alles in elkaar te zetten. Om het album en het hele pakket eromheen in elkaar te zetten en het dan uit te brengen op mijn eigen label; dat is eigenlijk een droom die bewaarheid wordt. Het hebben van complete artistieke controle, en de mensen ook echt iets kunnen presenteren dat compleet en af is. In Amerika was het toch meer een rommeltje. Het was een spannende tijd, maar je zat in zo’n delirium en het was zo raar, en we waren nog bezig met alles te leren en te ontdekken. Nu heb ik veel meer vertrouwen in wat ik doe.
IKRS: Behalve dat je twee bands hebt ben je ook een film student. Profiteer je daarvan wat betreft clips en je live optredens?
Alan: Ja, we hebben wel visuals voor onze live show. Die beelden zijn gebaseerd op gesprekken tussen mij en Lars Larsen, een gast uit Texas die video synthesizers bouwt. Samen hebben we een soort van een uur durende visuele compilatie gemaakt van het album. Bij Neon Indian, voor mijzelf refereert dat naar jeugdherinneringen bekijken door een soort van psychedelische lo-fi filter. Het is interessant om daar een visuele representatie van te zien.
Ik vind het idee dat een herinnering op dezelfde manier vergaat als een plaat of videoband zeer interessant. Hoe vaker je ernaar kijkt, hoe meer het vervaagt. Enkele details veranderen en plots is het niet meer zoals het eigenlijk is gebeurd. Met Larsen heb ik dat proberen te visualiseren.
Voor het volgende album proberen we een korte film te maken en dat uit te brengen voordat we het album uitbrengen. Eigenlijk zou ik er ook meer een multimedia project van willen maken later, dus ik zou graag weer naar film school terugkeren. Ik kan beide ook niet compleet los van elkaar zien. Ik heb ook vaak eerder een visueel idee van het album dan dat ik de muziek heb, als dat zinnig klinkt. Alsof ik vervolgens de soundtrack bij het visuele maak.
IKRS: Je album Psychic Chasms is onlangs uitgebracht in Europa met daarop het nummer ‘Sleep Paralysist’, dat niet op het origineel stond. Vanwaar het verschil tussen beide releases?
Alan: Nou, het nummer was eigenlijk een collaboratie tussen Chris Taylor van Grizzly Bear en mijzelf. Zij maakten het voor ons mogelijk om de kans te krijgen om samen te werken. Ik had al een demo van het nummer dat ik op het album had kunnen zetten. Maar, just for the sake of it, laten we kijken wat er gebeurt als je Chris en mij in een kamer zet met opnameapparatuur. We hebben ‘Sleep Paralysist’ opgenomen in een kerk waar Grizzly Bear veel oefent en waar Chris Taylor veel van zijn nummers opneemt, dus dat was wel interessant. De ethereal reverbs in het nummer komen dan ook door de omgeving waar het is opgenomen.
IKRS: Is dat dezelfde kerk als die ze gebruikten in hun clip voor het nummer ‘Two Weeks’?
Alan: Dat is toevallig een andere kerk. Maar het is grappig want dat was eigenlijk ook het eerste wat ik hen vroeg toen we daar kwamen: “Is dit nou…?” “Nee”. Misschien was het ‘m wel maar wilden ze het niet zeggen. Maar het was een beetje spookachtig, zeer gepast voor dit soort opnames.
IKRS: Eerder dit jaar tijdens een live optreden beloofde je dat je rond deze tijd bezig zou zijn met het opnemen van een VEGA album, maar nu ben je toch weer door Europa aan het touren.
Alan: We krijgen eigenlijk gewoon de hele tijd aanbiedingen. Het is de manier waarop het VEGA album is opgezet, ik zou ook niet kunnen zeggen op het moment wie de producers zijn. We moeten gewoon de tijd vinden om eraan te werken.
Nu November eraan komt en als het touren eindelijk stopt – want we zijn sinds september bezig geweest met touren en ik denk dat de hele band een beetje slapeloos en in delirium zit door het reizen en de tijdszones – dan gaan we een winterslaap houden. Ik ga dan naar Helsinki toe om het Neon Indian album op te nemen, dus ik ben me nu daarop aan het voorbereiden.
Als die periode is aangebroken dan ga ik me toespitsen op die twee albums en dan probeer ik ze allebei in zes maanden uit te brengen. Een beetje ambitieus, dat weet ik. Maar ik hou ervan om te denken dat de wereld stopt in 2012, en dat ik dus nog ongeveer een jaar heb om twee albums uit te brengen, die ik dan kwalitatief zo goed mogelijk wil hebben. Het is leuk om daaruit motivatie te halen, die fictieve Apocalyps.
IKRS: Met twee bands om voor te schrijven, hoe werkt dat schrijfproces? Weet je van tevoren al voor welke band het nummer is als je eraan begint?
Alan: Ik denk dat ik ondertussen al iets beter ben geworden in het gescheiden houden van die twee kanten van mijn brein. Ik denk dat ik qua muziek wat schizofrene impulsen heb. Het kan makkelijk dat ik iets aan het schrijven ben wat totaal niet hetzelfde klinkt als waar ik de dag ervoor mee bezig was. Dat zorgt er wel voor dat het niet saai wordt, voor mezelf ook.
Als ik aan een nummer werk voor VEGA dan weet ik meestal precies hoe het nummer eruit gaat zien van tevoren. Ik heb dan een zeer specifiek idee of een zeer specifieke esthetiek voor ogen die ik dan eruit probeer te halen. Bij Neon Indian is het punt nou juist om dit alles niet te weten, daar gaat het erom dat ik gewoon ga zitten met een nieuw elektronisch apparaatje en dan daar een nummer probeer uit te krijgen. Ik heb nooit een echte muzikale training gehad. Wat ironisch is, gezien zowel mijn vader als broer muzikanten zijn en er ook een soort druk is om het creatieve proces zeer technisch te benaderen. Ik denk echter dat de charme van Neon Indian juist in het intuïtieve zit.
IKRS: Met zo’n muzikale familie, ooit het idee gehad om iets samen te doen?
Alan: Nou eigenlijk, mijn vader stelde dat vaak voor toen mijn broer en ik jong waren. Maar het klonk altijd erg cheesy, alsof we de Partridge Family waren. Nu zou ik er wel meer interesse in hebben, maar we hebben allen een zeer verschillende kijk op muziek. Mijn broer is een zeer technische muzikant. Ik weet wel dat mijn vader en broer wel het idee hadden dat ze iets wilden doen voor het VEGA album, wat ik alleen maar aanmoedig. Hopelijk komen ze met een paar leuke demo’s aanzetten waarmee ik aan de slag kan.
IKRS: Je hebt het afgelopen jaar veel opgetreden. Wat prefereer je, festivals of club concerten?
Alan: Ik denk dat beiden hun eigen charme hebben. Het punt van spelen in een kleine zaal is dat het dan leuker is om lekker rond te hangen na de show. Dat voelt natuurlijker dan op een festival, waar je toch meer een hyped up show speelt. Alle formaliteiten daar maken het zo surrealistisch en het is gemakkelijk je daarin te verliezen. Een voorbeeld, bij een festival heb je een speciale wachtruimte om in te zitten voordat je opmoet, terwijl bij een concert de bar de wachtruimte is. Ik denk dat het leuker is om daar rond te hangen.
IKRS: Is er een verschil tussen touren in Europa en Amerika?
Alan: Ja, dat gevoel heb ik wel. Ik denk dat we een grotere achterban hebben in Amerika, wat logisch is, want daar is het album al langer uit. Het album zwierf rond op het internet, en ik wilde dat mensen het echte ding in handen konden hebben. Totdat ik het in mijn handen heb of totdat ik een band live heb gezien heb is de band eigenlijk alleen maar een abstract idee dat je in je hoofd hebt gefabriceerd. Veel van het echte “judgement process” gebeurt toch in de fysieke wereld in plaats van op MySpace of blogs.
In de VS spelen we een co-headline tour met Prefuse 73, terwijl we hier eigenlijk spelen om het publiek kennis met ons te laten maken. Maar ik hou wel van die variëteit. Het is een zeer frisse, interessante start om hier op ons eigen DIY manier alles in elkaar te zetten. Om het album en het hele pakket eromheen in elkaar te zetten en het dan uit te brengen op mijn eigen label; dat is eigenlijk een droom die bewaarheid wordt. Het hebben van complete artistieke controle, en de mensen ook echt iets kunnen presenteren dat compleet en af is. In Amerika was het toch meer een rommeltje. Het was een spannende tijd, maar je zat in zo’n delirium en het was zo raar, en we waren nog bezig met alles te leren en te ontdekken. Nu heb ik veel meer vertrouwen in wat ik doe.
IKRS: Behalve dat je twee bands hebt ben je ook een film student. Profiteer je daarvan wat betreft clips en je live optredens?
Alan: Ja, we hebben wel visuals voor onze live show. Die beelden zijn gebaseerd op gesprekken tussen mij en Lars Larsen, een gast uit Texas die video synthesizers bouwt. Samen hebben we een soort van een uur durende visuele compilatie gemaakt van het album. Bij Neon Indian, voor mijzelf refereert dat naar jeugdherinneringen bekijken door een soort van psychedelische lo-fi filter. Het is interessant om daar een visuele representatie van te zien.
Ik vind het idee dat een herinnering op dezelfde manier vergaat als een plaat of videoband zeer interessant. Hoe vaker je ernaar kijkt, hoe meer het vervaagt. Enkele details veranderen en plots is het niet meer zoals het eigenlijk is gebeurd. Met Larsen heb ik dat proberen te visualiseren.
Voor het volgende album proberen we een korte film te maken en dat uit te brengen voordat we het album uitbrengen. Eigenlijk zou ik er ook meer een multimedia project van willen maken later, dus ik zou graag weer naar film school terugkeren. Ik kan beide ook niet compleet los van elkaar zien. Ik heb ook vaak eerder een visueel idee van het album dan dat ik de muziek heb, als dat zinnig klinkt. Alsof ik vervolgens de soundtrack bij het visuele maak.
(Voor deel 2 van het interview, klik hier)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten