Misschien herinnert u zich het vorig jaar uitgekomen ‘Summer Song’ nog wel, een zeer fijne summer jam gemaakt door het duo van Yacht. Het is catchy, vrolijk, en nog dansbaar ook, dus het is geen wonder dat Yacht onderdeel is van het DFA label van James Murphy en Timothy Goldsworhty, de laatste die ook remixes maakt onder de naam The Loving Hand. Yacht bestaat uit twee personen, Jona Bechtolt en Claire L. Evans, en na de initiële buzz verkregen door ‘Summer Song’ brengen ze dit jaar hun eerste echte plaat uit, getiteld See Mystery Lights. Probeer die officiële website maar niet te bezoeken trouwens, tenzij je dolgelukkig wordt van flikkerende lichten en van alles waarvan je enigszins gestrest zal raken.
Hoekige, dansbare synth pop is het sterke punt van de band. Luchtige en catchy deuntjes moeten dit album voorwaarts bewegen, en op de beste momenten van dit album doen ze dat ook. De al eerder genoemde single springt eruit, maar ook enkele andere tracks zijn heerlijk om te horen. Het album begint met wat klinkt als tribal drums voordat de moderne technieken hun werk gaan doen (hoewel die tribal drums vast ook uit een drum pad ergens komen). “Will we go to heaven or will we go to hell / it is my understanding that neither are real,” zingen ze. Het zet op een effectieve manier de toon voor het album, namelijk quirky, een beetje raar. Ze zijn ook een beetje apart, en dit album gaat om fun hebben en niet meer al te bewust zijn van jezelf en wat andere denken. En zo kan je ook dansen wanneer het openingsnummer halverwege een versnelling hoger gaat.
‘The Afterlife’ blijft bij het thema van de dood, gezet op zomerse en luchtige muziek. Claire is meer de woorden aan het verhalen, zeker in het refrein, maar dat past prima bij zowel haar stem als het nummer. ‘I’m In Love With A Ripper’ is een nummer dat ze zo leuk vonden dat het aan het eind van het album zowaar terugkomt als een party mix, en sinds het origineel al klonk als een soort van beach party sound is dat niet eens zo’n geheel vreemde keuze. De nummers zijn niet het soort smooth synth pop die we gewend zijn van grootmachten als Cut Copy of de pop darlings van dit jaar Phoenix. Het is op dit album net allemaal een beetje vreemd, passend vreemd. Het is minder smooth, meer hoekig. Als je hierop danst – en sommige nummers zullen je hiertoe zeker proberen te verleiden – dan hoef je vooral niet proberen te doen alsof je een smooth operator bent, maar je moet gewoon het nummer volgen, en misschien dans je dan wel net als Claire en Jona on stage. Voor iedereen die zijn coolheid hoog in het vaandel heeft staan niet per se het beste vooruitzicht.
Echter, er zijn ook wat mindere punten op dit album. Om te beginnen is haar stem eigenlijk niet heel erg goed. En ja, er is wat vocale manipulatie dat gebruikt wordt, en zo lang ze de nummers meer roept dan zingt gaat het allemaal prima. Zeker op het DFA label (dat niet bepaalt uitblinkt in het hebben van de beste vocalisten) hoef je niet echt een geweldige stem te hebben, zolang je maar binnen je grenzen blijft opereren. Maar soms probeert ze daadwerkelijk te zingen, wat niet altijd even goed uitpakt. Als je een nummer ‘It’s Boring’ noemt vraag je er natuurlijk ook om, maar het probleem is dat het nummer daadwerkelijk saai is met die meer rock approach die ze daar uitproberen. Het helpt niet dat het nummer niet echt overvloeit in geweldige ideeën. Gelukkig is aan dat nummer een tweede gedeelte geplakt, getiteld ‘You Can Live Anywhere You Want’, wat echt dance mania is. Heerlijke disco, alleen jammer dat je het eerste gedeelte moet verdragen. Gelukkig zullen DJs gemakkelijk de verschillende delen kunnen splitsen.
‘Psychic City’ is misschien tekstueel gezien hun meest interessante nummer. Dromerig zingt Claire over verliefd worden “every minute on the street”, en de muziek probeert te helpen bij het scheppen van een dromerige, zomerige feel. Helaas, zoals bij meer dansgeoriënteerde acts, als ze wat gas terugnemen is het eindresultaat niet heel erg speciaal. Zeker tussen de disco van ‘You Can Live Anywhere You Want’ en de zomer jam ‘Summer Song’ voelt het enigszins alsof het nummer meer de vaart uit het album haalt dan dat het iets toevoegt. De laatste twee nummers op het album zijn meer experimenteel, maar dat helpt het album niet de kwaliteit omhoog te krikken, want het zijn niet de beste tracks op See Mystery Lights.
Het album eindigt met twee andere versies van eerdere nummers. Er is een party mix van ‘I’m In Love With A Ripper’, welke aardig genoeg is en redelijk doet wat het doet. De laatste is een soort van a capella versie van ‘Psychic City’, en sinds haar stem niet de beste is in de wereld ben ik er niet geheel zeker van waarom ze dit erop hebben gezet. En zo eindigt het album, en het album is niet het feest waar toch op gehoopt werd met ‘Summer Song’. Sommige nummers zijn heerlijk en catchy, andere niet zo heel erg. Ik denk wel dat live sommige dingen beter uit de verf zullen komen, zo zal de transitie op de track ‘It’s Boring/You Can Live Anywhere You Want’ ervoor zorgen dat er massaal gedanst wordt. Als een geheel album echter is het niet zo sterk als gehoopt, en ik denk dat individuele tracks van het album beter zullen overleven dan het album in zijn totaliteit, wat op enkele punten toch tekort komt.
Hoekige, dansbare synth pop is het sterke punt van de band. Luchtige en catchy deuntjes moeten dit album voorwaarts bewegen, en op de beste momenten van dit album doen ze dat ook. De al eerder genoemde single springt eruit, maar ook enkele andere tracks zijn heerlijk om te horen. Het album begint met wat klinkt als tribal drums voordat de moderne technieken hun werk gaan doen (hoewel die tribal drums vast ook uit een drum pad ergens komen). “Will we go to heaven or will we go to hell / it is my understanding that neither are real,” zingen ze. Het zet op een effectieve manier de toon voor het album, namelijk quirky, een beetje raar. Ze zijn ook een beetje apart, en dit album gaat om fun hebben en niet meer al te bewust zijn van jezelf en wat andere denken. En zo kan je ook dansen wanneer het openingsnummer halverwege een versnelling hoger gaat.
‘The Afterlife’ blijft bij het thema van de dood, gezet op zomerse en luchtige muziek. Claire is meer de woorden aan het verhalen, zeker in het refrein, maar dat past prima bij zowel haar stem als het nummer. ‘I’m In Love With A Ripper’ is een nummer dat ze zo leuk vonden dat het aan het eind van het album zowaar terugkomt als een party mix, en sinds het origineel al klonk als een soort van beach party sound is dat niet eens zo’n geheel vreemde keuze. De nummers zijn niet het soort smooth synth pop die we gewend zijn van grootmachten als Cut Copy of de pop darlings van dit jaar Phoenix. Het is op dit album net allemaal een beetje vreemd, passend vreemd. Het is minder smooth, meer hoekig. Als je hierop danst – en sommige nummers zullen je hiertoe zeker proberen te verleiden – dan hoef je vooral niet proberen te doen alsof je een smooth operator bent, maar je moet gewoon het nummer volgen, en misschien dans je dan wel net als Claire en Jona on stage. Voor iedereen die zijn coolheid hoog in het vaandel heeft staan niet per se het beste vooruitzicht.
Echter, er zijn ook wat mindere punten op dit album. Om te beginnen is haar stem eigenlijk niet heel erg goed. En ja, er is wat vocale manipulatie dat gebruikt wordt, en zo lang ze de nummers meer roept dan zingt gaat het allemaal prima. Zeker op het DFA label (dat niet bepaalt uitblinkt in het hebben van de beste vocalisten) hoef je niet echt een geweldige stem te hebben, zolang je maar binnen je grenzen blijft opereren. Maar soms probeert ze daadwerkelijk te zingen, wat niet altijd even goed uitpakt. Als je een nummer ‘It’s Boring’ noemt vraag je er natuurlijk ook om, maar het probleem is dat het nummer daadwerkelijk saai is met die meer rock approach die ze daar uitproberen. Het helpt niet dat het nummer niet echt overvloeit in geweldige ideeën. Gelukkig is aan dat nummer een tweede gedeelte geplakt, getiteld ‘You Can Live Anywhere You Want’, wat echt dance mania is. Heerlijke disco, alleen jammer dat je het eerste gedeelte moet verdragen. Gelukkig zullen DJs gemakkelijk de verschillende delen kunnen splitsen.
‘Psychic City’ is misschien tekstueel gezien hun meest interessante nummer. Dromerig zingt Claire over verliefd worden “every minute on the street”, en de muziek probeert te helpen bij het scheppen van een dromerige, zomerige feel. Helaas, zoals bij meer dansgeoriënteerde acts, als ze wat gas terugnemen is het eindresultaat niet heel erg speciaal. Zeker tussen de disco van ‘You Can Live Anywhere You Want’ en de zomer jam ‘Summer Song’ voelt het enigszins alsof het nummer meer de vaart uit het album haalt dan dat het iets toevoegt. De laatste twee nummers op het album zijn meer experimenteel, maar dat helpt het album niet de kwaliteit omhoog te krikken, want het zijn niet de beste tracks op See Mystery Lights.
Het album eindigt met twee andere versies van eerdere nummers. Er is een party mix van ‘I’m In Love With A Ripper’, welke aardig genoeg is en redelijk doet wat het doet. De laatste is een soort van a capella versie van ‘Psychic City’, en sinds haar stem niet de beste is in de wereld ben ik er niet geheel zeker van waarom ze dit erop hebben gezet. En zo eindigt het album, en het album is niet het feest waar toch op gehoopt werd met ‘Summer Song’. Sommige nummers zijn heerlijk en catchy, andere niet zo heel erg. Ik denk wel dat live sommige dingen beter uit de verf zullen komen, zo zal de transitie op de track ‘It’s Boring/You Can Live Anywhere You Want’ ervoor zorgen dat er massaal gedanst wordt. Als een geheel album echter is het niet zo sterk als gehoopt, en ik denk dat individuele tracks van het album beter zullen overleven dan het album in zijn totaliteit, wat op enkele punten toch tekort komt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten